(L) worstelt met het gevoel dat ze nooit goed genoeg is in haar relatie met haar moeder (M). Ze voelt zich vaak onzichtbaar en heeft moeite met het stellen van grenzen. Ze besluit een vrouwenlijn opstelling te doen om te onderzoeken waar dit patroon vandaan komt d.m.v. blaadjestechniek.
-
Plaatsing van de representaties:
- L plaatst haarzelf in de opstelling, ver van haar moeder (M).
- Ze voegt ook representaties toe voor haar grootmoeder (G) en haar overgrootmoeder (OG).
- Verder voegt ze een representant voor haar zus toe.
-
Observaties door mijzelf en door L:
- L ziet dat de moederfiguur (M) niet goed naar haar kijkt, maar haar eerder afwijst, wat haar gevoel van onzichtbaarheid symboliseert.
- De afstand tussen L en M is groot, wat het gebrek aan verbinding weerspiegelt.
- De grootmoeder (G) staat verder weg van de moeder, wat een mogelijke breuk in de verbinding tussen generaties aangeeft.
-
Veranderingen aanbrengen:
- L spreekt M in helende zinnen toe , representant van M ziet L iets beter, L probeert nu dichter bij M te komen, en merkt dat dit een ongemakkelijk gevoel oproept. Ze voelt dat er een blokkade is tussen haar en haar moeder.
- Ik vraag of er iets is wat ze nodig heeft om zich meer gezien te voelen, zoals een erkenning van haar moeder of het herstellen van een gebroken relatie, er worden weer helende zinnen uitgesproken.
- Voor L is het nu mogelijk om zich om te draaien, niet om afstand te nemen maar er is nu ruimte voor verandering en nieuwe verbindingen.
-
Inzichten en transformatie:
- L realiseert zich dat de onzichtbaarheid niet alleen tussen haar en haar moeder speelt, maar ook van generatie op generatie is doorgegeven. Haar grootmoeder had misschien ook een moeilijke relatie met haar moeder.
- L voelt dat er ruimte is om de verbinding met haar moeder opnieuw vorm te geven, en dat dit een belangrijke stap is in het helen van de vrouwenlijn in haar familie.
Reactie plaatsen
Reacties